Komt een Paard de Kroeg Binnen – David Grossman

grossman-paard“Wat zien mensen op het eerste gezicht aan mij? Heeft de grote liefde van mijn leven die ik heb gekend een of andere stempel op me achtergelaten? Een soort wedergeboortevlek?”

Schoolcijfer: 6,5

“Wat die Kluun kan, kan ik ook,” dacht Grossman vast toen hij de titel van zijn boek optekende. Want wanneer de titel van je boek de eerste zin van een mop is, moet dat wel een daverend succes worden (Kluun verkocht bijna een miljoen exemplaren van Komt een vrouw bij de dokter).

Met zulke titels verwacht je wellicht dat er wat te lachen valt met zo’n boek, maar zowel Kluun als Grossman hebben hun titel ironisch bedoeld .Want het gaat niet echt om grappen. Komt een paard de kroeg binnen gaat dan wel niet over kanker (of stiekem toch wel?), maar wel over andere zaken die bittere ernst zijn. Kort samengevat is het leven toch één grote bittere pil die we te slikken hebben.

Ik las dit boek voor de leesclub en was door de enthousiaste omslag en de interessante verhaalopzet nieuwsgierig geworden. De eerste pagina bevat een waslijst aan lovende recensies waarin zinnen staan als: “Grosmann laat u lachen en huilen tegelijkertijd met een roman waarin hij zich opnieuw als een ware meesterverteller presenteert. Genieten! (Zin Magazine). “Je blijft 250 pagina’s geboeid naar het podium kijken. (Tzum).” “Grosmann maakt er een meesterstuk van. (Trouw).” Zulks schept uiteraard hoge verwachtingen. En dat is soms helemaal niet zo handig.

Even kort waar dit verhaal over gaat: ergens in Israël wordt een stand-up comedy avond gehouden waar wij (de lezers) getuigen van zijn. De comedian is Dovele een kleine, magere man met vlezige lippen die zijn publiek aanspreekt met populair taalgebruik als “Bro’s”. In de zaal zit een oude bekende van Dovele, een rechter die met vervroegd pensioen is gegaan. Hij is op uitnodiging van Dovele komen kijken naar zijn show. Wat die twee precies met elkaar te maken hebben, wordt later duidelijk en waarom Dovele hem heeft uitgenodigd idem dito.

Tuurlijk, het is gewaagd om een roman te schrijven in de vorm van een stand-up comedy. Het verhaal speelt zich steeds af op dezelfde plaats, dus er moet wel verdomd veel gebeuren in die enkele ruimte om het verhaal een beetje boeiend te houden. Die opzet sprak me dan ook aan. En het is echt zo: je zit 250 pagina’s naar een stand-up show te kijken…eh lezen.

Het lukt Grosmann wel om die aandacht vast te houden, maar, de show is gewoon echt niet grappig. Dovele is geen comedian zoals we die in Nederland kennen en wat hij staat te doen, zullen Nederlanders ook niet als stand-up comedy omschrijven. Hij staat op het podium een beetje clownesk te doen, maakt soms een lullige opmerking over iemand in het publiek en als men wilt lachen dan vertelt hij een ouderwetse mop. Alhoewel er een paar van die moppen wel amusant waren, heb ik geen enkele keer hard moeten lachen. En dat komt toch vooral omdat Grosmann hier stiekempjes gewoon een heel dramatisch verhaal uit de doeken doet over onrechtvaardigheid, de Shoah (natuurlijk), ouder-kind relaties en de dood. Het is niet wat het publiek in het boek verwacht. Het is niet wat de lezer verwacht. In zeker zin speelt Grosmann hier met al zijn publiek.

“Wat is dit hier? We komen hier om te lachen en je schotelt ons een herdenking aan de Shoah voor. En je maakt de Shoah nog belachelijk ook.”
“Je hebt gelijk, sorry bro, vergeef me.”

Grossman creëert letterlijk een afstand door Dovele op het podium te plaatsen waardoor de lezer helemaal niet dichtbij kan komen. En daardoor komt Dovele niet echt bij mij binnen. De rechter lijkt dichterbij te zitten, die is immers ook een toeschouwer, maar om hem draait het verhaal niet dus ook hij blijft in het verhaal een vage bekende.

Flauwe grappen zijn niet leuk en flauwe personages ook niet. Door te spelen met de verwachtingen van zijn publiek heeft Grosmann een risico genomen dat niet door iedere lezer gewaardeerd zal worden. Ik hang een beetje in het midden: de opbouw van het boek is slim en zeker vanaf bladzijde 100 werd ik wel degelijk geboeid door het verhaal van Dovele, maar er mist iets van binding en emotie. Ik heb gelachen noch gehuild en dat is best om te janken.

 

 

 

 

 

 

 


Plaats een reactie